Een CO2-monitor voor Gent
19 juni 2023 at 3:31pmNuttig instrument, maar impact gemeentelijk beleid op mondiaal probleem blijft sowieso bescheiden
In september ’22 gaf Jeroen Mercy (Dienst Milieu & Klimaat) aan de MINA-raad een presentatie over de CO2-monitor. CO2 is een van de belangrijkste broeikasgassen die klimaatverandering veroorzaken. Het is een niet-toxisch en niet-reactief gas dat ontstaat bij heel veel natuurlijke en kunstmatige processen, ook in ons lichaam. De belangrijkste cijfers en conclusies worden in dit artikel voorgesteld.
Het klimaatbeleid van de stad is in belangrijke mate gericht op de reductie van de CO2-uitstoot. De monitoring ervan vormt een uitgangspunt van het Gents Klimaatplan, en is ook een verplichting die voortvloeit uit het Europese Burgemeestersconvenant van 2008. Gent engageerde zich in 2009 om de CO2-uitstoot te reduceren met 20% tegen 2020 en met 40% tegen 2030 t.o.v. 2007. Voor 2007 en 2009 maakte Gent zelf de CO2-monitor op (via een studiebureau) en vanaf 2011 nam VITO (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek) dit op, in opdracht van Vlaanderen, die de steden op die manier ondersteunt in hun engagement voor het Burgemeestersconvenant.
CO2-bronnen die in rekening gebracht worden zijn transport (incl. snelwegverkeer), dienstensector (incl. stadsgebouwen), huishoudens, industrie excl. ETS, openbare verlichting en landbouw.
ETS = Europees Emission Trading System is het systeem van verhandelbare emissierechten dat geldt voor de meest energie-intensieve bedrijven. Deze bedrijven vallen buiten het Burgemeestersconvenant. De Stad heeft als lokaal bestuur nauwelijks instrumenten voor de Gentse ETS-bedrijven die in 2020 10.805 kton CO2 uitstootten (95% is afkomstig van staal- en elektriciteitsproductie).
Update 2020 met nieuwe data
De update van VITO voerde enkele methodologische wijzigingen in voor huishoudens en transport en de cijfers werden teruggerekend voor de voorgaande jaren. Door de wijziging van de ingeschatte verbruiken van andere energiebronnen door huishoudens, naast aardgas en elektriciteit, zakt de CO2-uitstoot te wijten aan het mazoutverbruik, in 2011 nog 40 kton, de laatste jaren tot ongeveer 30 kton. In de vorige versie van de monitor stond dit op 0.
De cijfers voor zonneboilers en warmtepompen zijn minder nauwkeurig geworden. Per gemeente is enkel nog het aantal op basis van premiegegevens beschikbaar. Tot 2019 werden ook data uit EPB-gegevens (nieuwbouw) erbij gerekend, die zijn nu niet meer beschikbaar op gemeentelijk niveau. Daarom wordt het aantal voor 2020 gelijkgesteld aan dat van 2019, wat een onderschatting is omdat warmtepompen bij nieuwbouw standaard aan het worden zijn.
Voor transport is van belang dat er sinds 2017 geen tellingen meer beschikbaar zijn op het wegennet. Daarom wordt de Vlaamse groeivoet gebruikt om het Gentse totaal aantal voertuigkilometers van 2016 om te rekenen voor 2017 tot en met 2020.
Nadelig daarbij is dat de voertuigkilometers op niveau Vlaams gewest nog steeds een jaarlijkse groei van ca. 1% kennen. Het toepassen van deze Vlaams groeivoet voor de jaren 2017, 2018 en 2019 zorgt dus voor bijkomende CO2-uitstoot. Voor het snelwegverkeer en de regionale wegen zal dit dicht bij de realiteit aanleunen. Voor de lokale wegen zouden lokale maatregelen (zoals het Gentse circulatieplan in 2017) effect kunnen hebben, maar dat valt niet in te schatten…
Door de lockdown in het voorjaar en beperktere maatregelen in de rest van 2020, reden lichte voertuigen 22% minder dan in 2016.
De data van VITO werden aangevuld met data die de stad zelf verzamelde, nl. de verbruiken van de stadsgebouwen, stadsvloot, openbare verlichting en daarnaast ook energie uit afvalverbranding en energieverbruik van het stadsverwarmingsnetwerk. Vanaf 2018 is het verbruik van gebouwen waarvan de stad de factuur betaalt ook meegerekend. Voor het eerst is ook rekening gehouden met het elektriciteitsverbruik van het wagenpark, waarvoor data beschikbaar zijn vanaf 2018. Voorheen was de relevantie beperkt.
Hernieuwbare energie in 2020
De VITO-cijfers voor hernieuwbare energie omvatten de opbrengsten van windenergie, energie uit zonnepanelen, energie uit afvalverbranding (fractie biomassa) en warmte-opbrengsten van zonneboilers en warmtepompen. Het Gentse klimaatplan koesterde voor 2020 een ambitie van 15% ‘zelfvoorzieningsgraad’, dat is het aandeel van de hernieuwbare energie t.o.v. de totale energievraag van de huishoudens (elektriciteit en verwarming). In 2020 werd 21,47% gehaald, onder meer door de ongeziene stijging van het aantal particuliere PV-installaties (zonnepanelen). In 2007 was dat slechts 3,85%.
Graaddagen-correctie
Zachte en strenge winters hebben een impact op de CO2-uitstoot veroorzaakt door gebouwenverwarming. Om dit effect te neutraliseren wordt een graaddagen-correctie toegepast. Deze correctiefactor wordt enkel toegepast op de CO2-uitstoot afkomstig van de energiebronnen van de sectoren huishoudens en dienstensector (uitgezonderd elektriciteit), omdat deze verbruiken gerelateerd zijn aan gebouwverwarming.
De graaddagen-correctie zorgt voor beter vergelijkbare cijfers over de jaren heen.
Conclusies 2020 tegenover 2019
- De CO2-uitstoot was in 2020 10% lager dan in 2019 (-145 kton). Met de graaddagen-correctie voor de zachte winter, wordt dat een daling van 7% (-91 kton).
- 70% van deze daling is te wijten aan de verminderde uitstoot van transport, als gevolg van de corona-lockdown.
- Onverwacht heeft corona weinig impact gehad op de uitstoot van dienstensector en industrie (bij de ETS-bedrijven was er wel een aanzienlijke daling van 20%).
- De productie van hernieuwbare energie neemt toe in 2020.De zelfvoorzieningsgraad bereikt 21,5%.
Conclusies evolutie
- Op de langere termijn zien we sinds 2007 een daling van de CO2-uitstoot met 23,7%. Met graaddagencorrectie wordt dat -22,3%.
- De website https://provincies.incijfers.be/ leert ons dat Gent tussen 2011 en 2020 op een traject zit van een jaarlijkse daling van de CO2-uitstoot van 1,5%. In Vlaanderen is de gemiddelde daling 0,9% en het gemiddelde voor de 13 centrumsteden is -1,1%. Vergelijken met andere Vlaamse gemeenten is maar in beperkte mate zinvol omdat de context erg bepalend is (vb. snelwegen op grondgebied, staat van het woningenbestand, …).
- Onderstaande tabel toont de CO2-uitstoot per sector en de evolutie ervan. Transport neemt anno 2020 ondanks de terugval het grootste aandeel voor zich (34%). (Landbouw en openbare verlichting < 1%).
- De daling in CO2-uitstoot is merkbaar in alle sectoren. De daling is 45% in de marginale sectoren openbare verlichting en landbouw. De daling van de sector transport (-27%) is uitzonderlijk wegens het lockdown effect. De daling bij de huishoudens ligt rond de 25%, de dienstensector stootte 21% minder CO2 uit, de industrie reduceerde met 16%.
- Er zijn steeds meer Gentenaars (263.406 in 2020 t.o.v. 236.858 in 2007), wat uiteraard een impact heeft op de totale huishoudelijke emissie. De CO2-uitstoot per inwoner daalt van 7,4 kton/inw in 2007 tot 5,2 kton/inw in 2020.
De doelstelling 2020 (-20%) werd gehaald, maar de doelstelling 2030 (-40%) wordt met de huidige trend niet gehaald.
Bijkomende acties in de sectoren transport, huishoudens, dienstensector, industrie en hernieuwbaar zijn noodzakelijk op verschillende beleidsniveaus:
- In kader van de energiecrisis
- Vlaams renovatiebeleid
- Taxshift
- EU Green Deal
- Extra lokale acties
Nabeschouwing
Het is duidelijk dat de monitor onderbouwen met goede data een zeer complexe zaak is, en dat er op de uiteindelijke cijfers een foutmarge zit, maar het belang van de monitor voor het (stedelijk) beleid staat buiten kijf.
Enerzijds is lokale actie zeer belangrijk, maar anderzijds ook relatief. De uitstoot die de Gentse monitor berekent, vertegenwoordigt slechts circa 13% van de totale Gentse uitstoot als de ETS-bedrijven meegerekend worden. Maar mocht Arcelor-Mittal helemaal in Zelzate gelegen zijn, zou de Gentse balans er heel anders uitzien… CO2 is een ‘spel zonder grenzen’ waarvoor een mondiale aanpak nodig is. Maar we beginnen bij onszelf!